Hoe groot is jouw woordenschat in het Engels?

In een vorige blogpost over het gebruik van de tool Learning Languages with Netflix raakte ik het onderwerp woordenschatgrootte aan. Dit is een onderwerp dat mij al lang interesseert en intrigeert. Al vier jaar op rij meet ik in het begin van het schooljaar bij mijn leerlingen van het zesde jaar de passieve woordenschat in het Engels. Ik gebruik hiervoor de tool my.vocabularysize.com, een tool die gebaseerd is op het werk van wetenschapper Paul Nation.

Woordenschatgrootte meten?

Er zijn verschillende redenen om de woordenschatgrootte van leerlingen te meten. Onderzoek wijst (niet verrassend) op een sterke correlatie tussen woordenschatgrootte en lees- en luistervaardigheid. We weten bijvoorbeeld dat leerlingen een bijzonder hoog percentage van woorden moeten kennen voor ze een gelezen tekst zullen begrijpen. Het is dus belangrijk om een inschatting te kunnen maken van het woordenschatniveau om te kunnen differentiëren. Mijn ervaring leert me dat de verschillen in woordenschatgrootte in een zesde jaar ontzettend groot kunnen zijn.

Daarnaast zijn er steeds meer tools die het leren ondersteunen door rekening te houden met woordfrequentie en woordenschatgrootte. Mijn favoriete tool is Word Wise van Amazon Kindle dat woorden met een lagere frequentie detecteert en boven de tekst verklaringen geeft voor deze woorden. Gebruikers kunnen zelf aangeven hoeveel aanwijzingen ze willen zien.

Word wise in de Kindle e-reader app

Ook de ondertitelingstool voor Netflix maakt gebruik van woordfrequentie om taalgebruikers te ondersteunen. De tool markeert moeilijke woorden in ondertitels. Gebruikers kunnen aangeven op welk ‘level’ ze woorden willen zien:

Meten is weten

De vraag is natuurlijk hoe je als gebruiker een inschatting kunt maken van je eigen woordenschatgrootte. Voor het Engels is My Vocabulary Size dus een manier. De test bestaat uit 140 meerkeuzevragen en als je de test in de klas laat maken, moet je toch een lesuur voorzien om voldoende tijd te hebben om het nut en de werking van de tool uit te leggen. Leerlingen haken bijvoorbeeld af op woorden die ze nog nooit hebben gezien, ze dreigen hierdoor ontmoedigd te geraken. De test peilt echter naar kennis van woorden uit verschillende ‘frequentielagen’ van het Engelse lexicon en het is dus erg normaal dat ze woorden zullen tegenkomen waarmee ze niet vertrouwd zijn. Het vergt dus enig doorzettingsvermogen om de test af te leggen.

De gemakkelijkste manier om de tool te leren kennen, is de test gewoon zelf maken. Hieronder beschrijf ik je hoe je zelf een testsessie kunt maken voor een klasgroep.

Zelf aan de slag

In 5 stappen leg ik je uit hoe je voor je eigen klas een testsessie aanmaakt. Als je de test zelf eerst wil maken, ga dan naar stap 5 en gebruik de logingegevens om de test zelf te maken.

stap 1: registreren en een testsessie aanmaken

Zodra je op de website geregistreerd bent als leerkracht, kun je een groepstest aanmaken. Selecteer ‘Create a group test’ en kies dan voor ‘monolingual / English’.


stap 2: extra parameters opvragen

Voorzie velden zodat je de leerlingen kunt identificeren (naam, voornaam, klas, nummer, rolnummer, …). Je kunt deze gegevens in het begin van de test opvragen (pre) of op het einde (post). Mijn advies is om de gegevens die je nodig hebt om de leerlingen te identificeren in het begin op te vragen.


stap 3: controleer identificatievragen

Controleer of de extra vragen op de juiste plaats staan.

stap 4: een testsessie aanmaken

Kies een naam voor deze groepstest (bv. klasgroep + jaar) en kies een toegangscode. Stel in hoeveel leerlingen de test kunnen maken binnen deze sessie.


stap 5: communiceer de gegevens met de klasgroep

Met de onderstaande gegevens kun je de test hier zelf afleggen. Gebruik de toegangscode ‘test’ om te test te starten.

Na de test

Na de 140 vragen moeten de leerlingen nog enkele gegevens invullen voor ze hun resultaten krijgen. Het is belangrijk om dt op voorhand te vermelden. De gegevens worden verzameld voor wetenschappelijk onderzoek. Leerlingen kunnen ook aangeven dat ze de gegevens liever niet willen delen.

Leerlingen krijgen individueel hun resultaat te zien, maar als leerkracht kun je het resultaat van de hele groep bekijken onder ‘View results’.

Resultaten interpreteren?

Het is nadien ook belangrijk om de resultaten te kaderen. Leerlingen krijgen in principe een resultaat tussen 0 en 14 000. Wanneer ze het hoogste resultaat bereiken kan het zijn dat het woordenschatniveau hoger ligt (meer toelichting in de FAQ bij de test). Het resultaat is een ruwe schatting, betreft bovendien woordfamilies en geen losse woorden en daarom zegt het cijfer op zich niet zoveel. Interessanter is de toelichting onder het resultaat zelf en de verhoudingen binnen de klasgroep.

Info over de interpretatie van de resultaten op https://my.vocabularysize.com/

Zoals bij elke test is houding van de leerling ten opzichte van de test een eerste belangrijke factor om mee rekening te houden. Het lijkt me daarom bijvoorbeeld weinig wenselijk om de test als huiswerk op te geven.

Toen ik de test de eerste keer in de klas afnam, heb ik hem op het einde van het schooljaar opnieuw laten afleggen. Ik merkte toen dat er mogelijk sprake was van een herhalingseffect en heb de test daarom de voorbije jaren enkel in het begin van het schooljaar laten afleggen. Het zou natuurlijk interessant zijn om een tweede meting te doen, maar ik denk dat een periode van één schooljaar een te korte tijdspanne is om via deze test duidelijke effecten in kaart te brengen.

Ken jij tools waarmee je woordenschat kunt meten in het Engels of voor andere talen? Heb je ervaring met deze testen in de klas? Ik hoor het graag.

Meer info?

De extensie ‘Language learning with Netflix’ installeren in je browser

In mijn vorige blogpost besprak ik de tool ‘Language learning with Netflix’. Ik kreeg van enkele collega’s de vraag om te tonen hoe je de extensie installeert in je browser. In dit korte filmpje toon ik je hoe je aan de slag gaat met de extensie. Veel succes!

Geef je vreemde talen een boost met Netflix

Tijdens de vakantie neem ik bewust tijd voor mezelf. Het leren van vreemde talen staat dan hoog op mijn prioriteitenlijstje. Ik voorzie daarom tijdens vakanties traditioneel tijd om de talen die ik beheers (in het bijzonder het Russisch) te onderhouden en nieuwe talen te leren. Dit doe ik met tools zoals Duolingo, Memrise en Knudge.me, maar vooral via … Netflix!

Beeld en klank combineren

Om een taal te beheersen is het noodzakelijk om voldoende input te hebben. Ik lees veel, maar het combineren van lezen en luisteren geniet duidelijk mijn voorkeur. Wanneer je gesproken taal ondersteunt met geschreven taal,  krijg je als taalgebruiker niet alleen auditieve, maar ook visuele input. Op die manier worden woord- en klankbeeld aan elkaar verbonden. Een gouden recept voor elke talenstudent!

Het is daarom niet verwonderlijk dat ik een grote voorstander ben van het gebruik van podcasts – met transcripts – in mijn taallessen. Ik heb ook erg positieve ervaringen met het gebruik van luisterboeken om het lezen van literatuur te ondersteunen of te verrijken (ook in het Nederlands!).

Ik raad mijn leerlingen bovendien altijd aan om films en series te bekijken met ondertitels in de originele taal. Jaarlijks hou ik in de klas ten minste één pleidooi om mijn leerlingen ervan te overtuigen dat het inzetten van captions (ondertitels in de orginele taal) beter is dan de ietwat stoere verklaring van menig jong talentalent dat hij of zij geen ondertitels meer nodig heeft om een film of serie te begrijpen.

Language Learning with Netflix

Recent kwam bij al die opties nog een extra mogelijkheid bij. Via talloze extensies is het mogelijk om het gebruik van Netflix te verrijken (ooit al de nood gevoeld om je laptopscherm te draaien wanneer je liggend Netflix kijkt? Kijk dan hier!). De extensie Language Learning with Netflix (LLN) is de tool die ik hier vandaag wil bespreken.

Beeld uit de Russischtalige serie ‘The Sniffer’ met de extensie LLN

Via deze tool kun je in een Chrome-browser Netflix kijken met ondertitels in de originele taal en in de doeltaal. De taal die je in Netflix instelt bij ondertiteling verschijnt bovenaan, de taal die als referentie gebruikt wordt (hier het Nederlands), verschijnt onderaan in beeld.

Je kunt bovendien aangeven hoe groot je woordenschat in de doeltaal is, zodat de tool automatisch moeilijke woorden voor je markeert.

Woorden die buiten het aangeduide woordenschatbereik vallen (hier: ‘пчёл‘) , worden gemarkeerd in de ondertitel:

Door op woorden in de ondertitels te klikken, verschijnt de betekenis van de aangeklikte woorden in een klein pop-upkadertje:

Zelf aan de slag

Om LLN te gebruiken heb je niet veel nodig. Je moet de extensie installeren in Chrome en toegang hebben tot Netflix in een Chrome-browser. Verder stel je op Netflix de taal in voor audio en ondertiteling. Omdat dit mogelijk een andere taal is dan de taal waarin je normaal naar Netflix kijkt, kan het zinvol zijn om een extra profiel aan te maken:

Dan moet je natuurlijk nog op zoek naar series in de vreemde taal. Via de link https://www.netflix.com/browse/audio kun je series, films en documentaires zoeken in vreemde talen. Helaas biedt deze filter in Vlaanderen en Nederland maar vier talen aan. Als je wil zoeken in een andere taal dan Engels, Frans of Duits, moet je een zoekopdracht doen of via een categorie zoeken (zie ook tip 3 hieronder).

Tips

Tip 1: Klik op de spatiebalk om de aflevering te pauzeren of opnieuw te starten.

Tip 2: Zet de optie ‘auto-pause’ uit tenzij je met ontzettend veel geduld afleveringen zin per zin wil analyseren.

Auto-pause uitschakelen

Tip 3: Zoals ik hierboven aanhaalde, is de talenfilter van Netflix beperkt tot vier talen. Gebruik daarom een tool als Flixable om na te gaan welke series en films beschikbaar zijn in de taal van je keuze. Sta versteld van de grote rijkdom aan series in vreemde talen!

Audiofilter op Flixable: kies een taal en ga op zoek naar films en series in deze taal

Ik ga alvast verder genieten van mijn vakantie met een goede serie op Netflix. Contacteer me als je vragen hebt, ik help je graag!

Meer info?

LLN installeren?

Ik maakte op verzoek een instructiefilmpje over de installatie van de tool:

Maak jij een backup van de digitale media die je in je lessen gebruikt?

Al enkele jaren op rij werk in in mijn lessen Nederlands in de derde graad aso rond de poëzie van Leonard Nolens. De keuze voor de auteurs die ik behandel tijdens mijn lessen ligt niet vast, maar het werk van Nolens blijft beklijven en daarom laat ik het vooralsnog niet los.

Zeg aan de kinderen dat wij niet deugen

De lessenreeks over het werk van Nolens bouwde ik tot voor kort rond een bekroond interview door Ruth Joos uit 2011. Hoewel het fragment ondertussen al bijna acht jaar oud is, herinner ik me nog perfect het moment waarop ik het voor het eerst beluisterde. Ik kwam in mijn auto op een druk moment, zette de radio aan en hoorde een moment van stilte. Pas na enige tijd werd me duidelijk dat deze stilte deel uitmaakte van een interview. Nolens verwoordt (met veel moeite) dat hij niet thuishoort in deze maatschappij, dat niets ooit af geraakt, dat hij getrouwd is, kinderen heeft, maar niet in staat was om een gewoon beroep uit te oefenen. Ik werd erg geraakt door het contrast tussen de manier waarop de dichter over zijn werk praatte en de manier waarop hij zijn werk voordroeg. Zeg aan de kinderen dat wij niet deugen is een gedicht dat ik sindsdien in gedachten wel eens meedraag als moeder.

Pas toen ik later in het kader van mijn lesopdracht een opdracht maakte rond poëzie, dacht ik terug aan dit interview. Het stond gelukkig nog integraal online en ik maakte er enkele jaren op rij dankbaar gebruik van. Voor leerlingen vormde dit interview altijd een heel bevreemdende ervaring: de traagheid, het openlijk benoemen van het falen en het eeuwige onafgewerkte. De Weltschmerz op de schouders van de auteur.

Onvindbaar

Hoewel ik uit veiligheidsredenen meestal een persoonlijke kopie maak van de mediabestanden die ik in mijn lessen gebruik om ervoor te zorgen dat ik door een falende internetverbinding niet met lege handen voor de klas moet staan, lukte het mij niet om dit interview in mijn eigen archief op te slaan.

Toen ik in de voorbereiding naar de lessenreeks vorig jaar op zoek ging naar het interview, bleek het onvindbaar. Een collega vond het fragment gelukkig nog terug op de oude archiefsite van Cobra.be zodat ik er uiteindelijk nog wel in slaagde om de les te geven zoals ik dat voorheen gedaan had. Ik weet niet hoe dit bij andere leerkrachten zit, maar nadat ik de les gegeven had, was de voldoening zo groot dat de bekommenis om de onvindbaarheid van het lesmateriaal helemaal verdwenen was. Tot ik … me dit schooljaar me begon voor te bereiden op de poëzieweek. Ik moest ontsteld vaststellen dat de archiefsite van Cobra volledig verdwenen was.

Gelukkig waren er online nog wel veel verwijzingen te vinden naar het interview. Via krantenartikels kon ik de boodschap van Nolens nog wel reconstrueren. Toch had het audiofragment een duidelijke meerwaarde die ik graag in mijn lessen wilde behouden.  Eind januari stelde ik daarom via de Facebookpagina van Het Archief voor Onderwijs de vraag of het interview ook beschikbaar kon gemaakt worden op het Archief. Ik maak regelmatig gebruik van beeldmateriaal op het Archief, maar had zelf nog nooit een aanvraag gedaan om materiaal online te plaatsen. Ik wist bovendien niet of radiobestanden ook aan het archief toegevoegd konden worden. Nog de dag zelf kreeg ik de bevestiging dat de aanvraag gebeurd was en dat ik een drietal weken geduld zou moeten hebben voor het materiaal beschikbaar zou zijn. Vorige week ontving ik een berichtje met het heuglijke nieuws dat het interview (met een samenvatting) beschikbaar was.

Backup

Deze ervaring deed me nog maar eens beseffen dat het belangrijk is om een backup te hebben van het digitale lesmateriaal dat ik in mijn lessen gebruik. Leermiddelen die door anderen online beschikbaar gemaakt werden zijn gevoelig voor verandering en vluchtig: ze kunnen gewijzigd of volledig verwijderd worden.  Ook voor andere lesmaterialen die ik regelmatig gebruik zal ik daarom indien nodig vanaf nu een aanvraag doen bij het Archief voor Onderwijs. Op deze manier is het materiaal immers niet alleen voor mij, maar voor alle leerkrachten beschikbaar. De aanvraag kostte niet veel tijd (een kort berichtje via Facebook volstond) en het contact via de Facebookpagina was bovendien erg persoonlijk. Ik wil dus zeker ook het team van het Archief danken voor deze fantastische dienstverlening!

Hoe ga jij om met de vluchtigheid van media en materialen die je op het internet vindt en in je lessen wil gebruiken? Maak jij een digitale backup? Kende je het Archief voor Onderwijs al? Heb jij nog tips rond mediawijsheid die bij dit thema aansluiten? Ik hoor het graag!

Meer info?

Zes manieren om in de klas te werken met vertaalmachines

In een vorige blogpost schreef ik over het gebruik van vertaalmachines in de klas. Op basis van mijn bericht ontstond een discussie op het forum van KlasCement. Collega’s Erik, Hans en ikzelf brachten ondertussen enkele lesideeën samen in een publiek gedeelde Google Slides.

Op deze manier willen we voorbeelden verzamelen waarmee we leerlingen duidelijk kunnen maken hoe ze vertaalmachines en vertaaltechnologie op een goede manier kunnen inzetten in het leerproces. Deze presentatie is nu beschikbaar gemaakt op KlasCement, zodat iedereen ideeën kan toevoegen. De teller staat momenteel op 5 werkvormen en 6 tips.

Zelf een idee toevoegen? Graag!

Heb je zelf nog een idee dat je wil toevoegen aan de presentatie? Je vindt het leermiddel op KlasCement. Je kunt zelf nieuwe tips en werkvormen toevoegen aan de presentatie. Als je niet goed weet hoe dat moet, mag je het idee op de laatste slide noteren, mij een bericht sturen of een reactie schrijven bij het leermiddel op KlasCement.  Je collega’s die vreemde talen onderwijzen zullen je dankbaar zijn!

Mediawijsheid – Rechtenvrije afbeeldingen op Pixabay

Vlak voor de start van het nieuwe schooljaar zijn heel wat leerkrachten druk in de weer om hun lessen voor te bereiden en hun lesmaterialen te herschrijven. Foto’s en beeldmateriaal maken onze leermiddelen attractiever. Leerkrachten zijn daarom vrijwel constant op zoek naar passende afbeeldingen of video’s bij een les of lessenreeks. In deze blogpost vertel ik je over Pixabay, mijn favoriete  voorraadkast vol rechtenvrije afbeeldingen.

Pixabay
Foto van een voorraadkast door Pixabay-gebruiker Floragrauso

Waarom rechtenvrij?

Leerkrachten moeten rekening houden met auteursrechten. Er zijn weliswaar enkele uitzonderingen op het auteursrecht voor educatief gebruik, maar wanneer je online lesmaterialen deelt (via leerplatformen, sociale media of bijvoorbeeld via KlasCement), ben je gebonden aan het auteursrecht. Niet alleen voor lesmaterialen, maar ook voor blogposts als deze is dit auteursrecht natuurlijk van toepassing. In juli publiceerde leraar en onderwijsblogger Marc nog dit bericht over een claim die hij kreeg naar aanleiding van een foto die hij in een blogpost had gebruikt. Je bent als leerkracht dus maar best op de hoogte van auteursrechten en het gebruik van media in professionele context.

Mediawijs, het goede voorbeeld

Zelf vind ik het ontzettend belangrijk om als leerkracht het goede voorbeeld te geven aan leerlingen in het kader van mediawijsheid: zomaar foto’s plukken van het internet en daarna weer verspreiden is eenvoudigweg niet OK. Ik probeer dus systematisch ook bronvermeldingen toe te voegen aan mijn eigen lesmaterialen en deel mijn eigen werk via een Creative Commonslicentie (lees ook deze blogpost over het delen van lesmaterialen). Ik toon leerlingen bijvoorbeeld ook hoe ze de herkomst van een afbeelding kunnen traceren via een Google Reverse Image Search.

Het ‘handige’ aan Pixabay is dat je voor de foto’s die je er kunt vinden zelfs geen naamsvermelding hoeft te plaatsen.  Alle licenties worden gedeeld onder de CC0-verklaring,  wat concreet betekent dat de gedeelde foto’s  tot het publieke domein behoren en voor alle doeleinden (inclusief commerciële doeleinden dus) gebruikt kunnen worden. Naamsvermelding wordt uiteraard wel gewaardeerd, maar is geen verplichting.Pixabay

Pixabay als uitverkorene?

Ik kreeg de gouden tip om met Pixabay te werken van moderator Els van KlasCement. Zij gaf terecht aan dat je op de website vrijwel over elk onderwerp mooie afbeeldingen kunt vinden. Ik hoef zelden nog op zoek op andere websites. Die zijn er natuurlijk wel, en zullen ongetwijfeld ook nog schatten aan afbeeldingen te bieden hebben. De voordelen van Pixabay vind ik:

  • de kwaliteit van de afbeeldingen
  • het grote aanbod
  • de mogelijkheid om ook in het Nederlands te zoeken
  • het feit dat je niet hoeft in te loggen: enkel wanneer je foto’s in de hoogste resolutie wil downloaden, moet je ingelogd zijn, maar voor de meeste toepassingen is de op één na hoogste resolutie zeker voldoende
  • de mogelijkheid om te publiceren zonder naamsvermelding: soms is dit handig omwille van de tijdsdruk, soms ook om esthetische redenen…

Er zijn natuurlijk nog heel wat andere websites waar je rechtenvrije media kunt downloaden (het betreft natuurlijk niet alleen afbeeldingen, maar bijvoorbeeld ook muziek). Onderaan deze blogpost vind je een link naar leermiddelen op KlasCement met de zoekterm rechtenvrij. Je vindt er hele lijsten van beeld- en geluidsbanken met rechtenvrije media.

Opgelet!

De eerste rij afbeeldingen die je te zien krijgt na een zoekopdracht op Pixabay (zie bijvoorbeeld deze zoekopdracht met trefwoord ‘cats’), zijn afbeeldingen van Shutterstock, een betalende beeldbank die adverteert op Pixabay. Deze afbeeldingen staan in een gekleurde balk met een kleine vermelding “Sponsored Images Shutterstock“. Je kunt vlak onder die balk ook lezen dat Pixabay je meer dan 20.000 gratis afbeeldingen van katten aanbiedt. De afbeeldingen op Shutterstock zijn niet gratis, je klikt dus best niet op de foto’s in de balk bovenaan (erg is het natuurlijk niet: je wordt gewoon doorverwezen naar Shutterstock). Toch even opletten dus.

Tijdens de laatste twee weken van augustus begin ik zelf het nieuwe schooljaar voor te bereiden. Ik zal daarbij dus zeker een gebruik maken van Pixabay. Waar haal jij de afbeeldingen die je gebruikt in je lesmaterialen? Hoe werk jij rond mediawijsheid in de klas? Ik verneem het graag…

Meer info?

Google Translate tijdens de lessen MVT: een vloek of een zegen?

✻✻✻
Dit bericht over Google Translate werd opgepikt door KlasCement. Discussieer mee via de link onderaan deze pagina.
✻✻✻ 

Als taalleerkracht ben ik erg begaan met plagiaatpreventie. Ik vind het belangrijk dat feedback bij schrijftaken op een efficiënte manier gegeven wordt en dat de focus sterk ligt op het leerproces van de leerling. Het spreekt voor zich dat plagiaat de efficiëntie van de leerkracht en het leerrendement van de leerling in de weg staat. Enige tijd geleden schreef ik een blogpost met 5 tips om om te gaan met plagiaat.

Google Translate: te weinig op de agenda?

Er is echter één puzzelstuk dat nog ontbreekt in mijn plagiaatpuzzel: Hoe ga ik als taalleerkracht om met het gebruik van machinale vertaling bij schrijfoefeningen binnen de lessen MVT? Is het gebruik van Google Translate een vorm van plagiaat die bestreden moet worden? Of moeten we vertaalmachines zien als een godsgeschenk en net maximaal inzetten op het gebruik van deze technologie in de klas? Het antwoord op deze vragen is niet eenduidig. Vreemd genoeg is het gebruik van vertaalmachines een onderwerp dat slechts weinig aan bod komt in gesprekken met vakcollega’s en tijdens nascholingen, het lijkt wel alsof we het collectief negeren. Toch merk ik dat het gebruik van tools als Google Translate en DeepL bij leerlingen tot de dagelijkse praktijk hoort. Is dit een probleem?

Enkele bedenkingen op basis van mijn eigen ervaring

  1. Het maken van een schrijfoefening zelf draagt ook bij aan het taalverwervingsproces. Wanneer het schrijfproduct niet alleen het doel is, maar het schrijven dus ook gezien wordt als middel om de taal te leren (wat volgens mij in de praktijk toch vaak het geval is) zijn vertaalmachines volgens mij absoluut te mijden. Om die reden zal ik schrijftaken hoofdzakelijk tijdens de les laten maken. We moeten erover waken dat we de kostbare tijd die we investeren in het verbeteren van taken niet steken in het verbeteren van taken die door machines vertaald werden. Hier wordt immers niemand beter van.
  2. Om de kwaliteit en de bruikbaarheid van een machinale vertaling te kunnen inschatten, moet het taalbeheersingsniveau van de leerling voldoende hoog liggen. Voor leerlingen die slechts een elementaire kennis van de vreemde taal hebben, vormt het gebruik van Google Translate eerder een hinderpaal dan een handig hulpmiddel. Het is belangrijk om de werking van een vertaalmachine aan deze leerlingen uit te leggen en in te gaan op mogelijke valkuilen bij het gebruik van deze vorm van vertaaltechnologie (door bijvoorbeeld voorbeelden te tonen van flagrante fouten die kunnen ontstaan door het gebruik van Google Translate).
  3. Machinale vertaling kan een hulp zijn voor taalgebruikers met een gevorderde kennis van de vreemde taal. Laat leerlingen tijdens de les experimenteren met het gebruik van deze tools (door bijvoorbeeld verschillende vertaalmachines met elkaar te vergelijken) en laat hen zelf inschatten hoe ze efficiënt gebruik kunnen maken van de beschikbare
    technologie.

Mijn vragen aan jullie:

  • Hoe gaan jullie om met vertaalmachines tijdens de lessen MVT?
  • Hoe leren jullie leerlingen omgaan met vertaalmachines?
  • Krijgen leerlingen nog schrijftaken mee naar huis, of worden de schrijftaken vooral in de klas gemaakt?
  • Welke voordelen zijn er verbonden aan het gebruik van vertaalmachines? Kunnen we dankzij deze technologie dingen die voorheen niet mogelijk waren?
  • Hebben jullie grappige anekdotes van leerlingen die bizarre fouten maakten door het gebruik van Google Translate en dit zelf niet opmerkten?

Reageer!

Deze vraag werd opgepikt door KlasCement. Discussieer je mee op het forum?  Ik kijk erg uit naar jullie reacties!

 

Rijke taal in de klas

In deze blogpost bespreek ik een filmpje dat ik onlangs opmerkte over het gebruik van rijke taal in de kleuterklas. Een kleuterleerkracht wordt in het filmpje bijgestaan door twee coaches om een taalrijkere omgeving te creëren in de klas.


Ik was erg getroffen door de openheid waarmee deze leerkracht de feedback ontving, er wordt door de coaches immers heel erg ingezoomd op kleine, alledaagse en schijnbaar triviale handelingen, die in onze hoofden niet noodzakelijk verbonden zijn met taal of taalverwerving. Het filmpje is wat mij betreft niet alleen een aanrader voor kleuterleid(st)ers die meer taalrijkdom in de klas willen brengen, maar voor elke leerkracht die op elk onderwijsniveau wil inzetten op taal.

Wat me misschien nog het meest zal bijblijven is het feit dat we met erg kleine ingrepen (bv. het stellen van open vragen en waaromvragen) een groot effect kunnen bereiken op lange termijn. Een van de belangrijkste conclusies uit mijn eigen lerarenopleiding is dat erg kleine veranderingen  (op alle mogelijke vlakken, en dus ook op taalvlak) een wereld van verschil kunnen maken. Het is voor mij de grootste drijfveer om mijn eigen handelen nog elke dag in vraag te stellen en te zoeken naar kleine en haalbare aanpassingen.

Laat ons maximaal inzetten op een taalrijke school. Niet alleen in het kleuteronderwijs, maar op elk niveau, in elke klas.

Feedback geven via een spraakmemo

Vaak wordt gezegd dat feedback geven tijdrovend is. In deze blogpost bespreek ik een vorm van feedback die weinig arbeidsintensief is, maar toch erg persoonlijk: de spraakmemo.

Feedback via een spraakopname kun je bij klassikale opdrachten inzetten (in de plaats van schriftelijke feedback, bijvoorbeeld), maar ik merk dat ik het zelf vooral gebruik om individueel extra toelichting te geven wanneer het niet meteen lukt om met een leerling samen te zitten.

Het voordeel van feedback via een spraakmemo is dat het erg persoonlijk is. Spreken gaat heel wat sneller dan schrijven, het is bovendien gemakkelijker om gesproken feedback te geven wanneer het over verbanden en inzichten gaat. Ik merk bij mezelf dat feedback neerschrijven bij complexere items vaak tijdrovend is. Leerlingen kunnen spraakmemo’s overigens zo vaak ze willen herbeluisteren, of pauzeren tijdens het beluisteren.

Hoe maak ik een goede spraakmemo?

Er zijn verschillende manieren om gesproken feedback te geven. Ik bespreek er hier vier:

  • Opname met een app: Vrijwel op elke smartphone staat een app waarmee je geluidsopnames kunt maken. Je kunt de opnames dan als bijlage versturen via een mail of een bericht in Smartschool, bijvoorbeeld. Let op: je opname zal dan mogelijk niet bewaard blijven. Je kunt de opname ook als bijlage toevoegen bij geüploade taken in de digitale leeromgeving, op deze manier blijft de feedback samen met de ingediende taak.
  • Online spraakopname: Met een tool als Vocaroo kun je snel in een browser een geluidsopname maken (als je microfoon werkt, uiteraard). Na de opname kun je de feedback zelf beluisteren en een link kopiëren die je aan de leerling kunt bezorgen. Je kunt de link dan bijvoorbeeld in het document van de leerling plakken, of zelfs als commentaar in het puntenboek (in een leeromgeving als Smartschool betekent dit dan bijvoorbeeld ook ouders toegang zullen hebben tot het bestand). Let bij online spraakopnames wel op voor privacygevoelige gegevens, de opnames worden immers online bewaard en zijn toegankelijk voor iedereen met de link.
  • Een filmpje maken: Een zeer efficiënte werkvorm is het filmen van een op papier gemaakte aantekening. Wanneer je aan een leerling feedback wil geven over de te volgen stappen bij het maken van bijvoorbeeld een wiskundeoefening, kun je jezelf (zonder daarbij noodzakelijk in beeld te zijn) filmen terwijl je de uitleg doet. Bij fouten die regelmatig voorkomen, kun je zo enige tijd besparen en de leerling zelf toch heel gericht verder helpen. De leerling kan immers je filmpje pauzeren of opnieuw bekijken.
  • Speciale tools: verschillende tools die in onderwijscontext gebruikt worden om feedback te geven, kunnen je ook inzetten om met audiofeedback aan de slag te gaan. Ik denk hierbij aan Kaizena, Screencastify en Goobric, maar er ontbreken hier ongetwijfeld nog tools in het rijtje.

Tips om aan de slag te gaan

Wil je het idee een kans geven? Let dan nog op de volgende zaken:

  • Denk vooraf goed na over de manier waarop je de opname met de leerling zal delen. Zorg ervoor dat je een bestandsformaat kiest dat gemakkelijk afspeelbaar is, indien je de keuze krijgt (.mp3, bijvoorbeeld).
  • Benoem tijdens de opname je handelingen. De leerling moet goed weten waar je feedback over gaat. Benoem waar je bent in het document, wat je ziet en opmerkt. Expliciteer. De leerling kijkt immers niet noodzakelijk door dezelfde bril… Vraag leerlingen ook om oefeningen of antwoorden te nummeren, of een paginanummer toe te voegen aan een taak of PowerPoint. Op deze manier kun je gemakkelijk naar de juiste pagina verwijzen.
  • Vraag nadien aan de leerlingen hoe zij deze aanpak ervaren hebben. Ze zullen immers niet zo vaak feedback krijgen via een audio-opname. Hun tips kunnen je helpen om je werkwijze te verbeteren.

Wil je meer weten over feedback en nog meerdere werkvormen verkennen? In de podcast ‘Buiten de Krijtlijnen’ had  ik een gesprek met Rinke Vanhoeck over het geven van feedback. Je kunt de podcast beluisteren via de onderstaande link, op iTunes of via Soundcloud:

Meer info?

De onuitputtelijke kracht van constructieve feedback (eerdere blogpost)
Krachtige feedback in Fons (eerdere blogpost) 
Buiten de Krijtlijnen (blog en podcast door leerkracht Rinke Vanhoeck)

 

Delen om te leren – workshop op #kc20jaar

Op de viering voor de 20ste verjaardag van KlasCement (#kc20jaar) gaf ik een workshop over de rol van delen als vorm van professionalisering. Om tot professionalisering te komen binnen een deelcultuur, moet er meer zijn dan een platform om te delen, zoals KlasCement. Het creëren van een professioneel lerend netwerk (PLN) waarbinnen leermiddelen gedeeld kunnen worden, vormt daarvoor een belangrijke stap. In mijn presentatie legde ik uit hoe je een PLN kunt uitbouwen.

Er is meer nodig dan gedeelde leermiddelen en een netwerk om effectief tot leren te komen. Elk leermiddel wordt immers gebruikt binnen een specifieke context. Wanneer leerkrachten lesmaterialen van elkaar downloaden, zullen ze dat materiaal in de meeste gevallen nog aanpassen aan hun eigen leeromgeving.  Dit is logisch en vaak ook nodig. Wanneer we niet alleen leermiddelen delen, maar ook onze ervaringen met deze leermiddelen, wordt die  context ook tastbaar voor anderen. Het kan ook voor de deler erg interessant zijn om te weten te komen in welke nieuwe contexten zijn of haar leermiddelen terechtkomt. Daarom toch ook een kleine oproep: wanneer je lesmaterialen van anderen downloadt en gebruikt, laat dan ook weten waar en hoe je deze leermiddelen hebt ingezet, en deel de herwerking van het leermiddel opnieuw. Op deze manier heb jij niet alleen dankbaar gebruik kunnen maken van iets dat iemand anders ontworpen heeft, de delende leerkracht zal ook baat hebben bij jouw inhoudelijke feedback.

Ik voegde de presentatie en de links samen op een website. Je vindt de informatie via de onderstaande link:

Delen om te leren #kc20jaar

Vooraf had ik via sociale media gevraagd wat leerkrachten zo waardevol vonden aan hun professioneel netwerk op sociale media. Het antwoord dat het vaakst gegeven werd, is dat een professioneel netwerk erg motiverend is en inspiratie geeft. Een PLN zorgt er voor dat je over muren heen kunt kijken. Bovendien doe je niet alleen inspiratie op, in een goed uitgebouwd netwerk leer je constant bij.

Wat vind jij zo waardevol aan jouw professioneel lerend netwerk? Welke tips kun je nog geven aan collega’s die pas recent Facebook en Twitter en andere sociale media beroepsmatig gingen gebruiken? Welke blogs lees jij nog? Hoe gebruik jij KlasCement of Trello? Ik hoor het graag.